Varkenshaas met paksoi

Ingrediënten

• 80 ml versgeperst sinaasappelsap
• 60 ml donkere sojasaus
• 1 eetlepel honing
• 2 tenen knoflook, fijngesneden
• 2 theelepels geraspte verse gemberwortel
• 500 gram varkenshaas, in dunne plakjes
• 2 eetlepels zonnebloemolie
• 1 bosje bosuitjes, in stukjes van 3 cm
• 1 struikje paksoi, in stukjes van 3 cm, 1 minuut geblancheerd in kokend water
• 1 eetlepel sesamzaad

Bereiding
Meng in een kom sinaasappelsap, sojasaus, honing, knoflook en gember. Voeg het varkensvlees toe en schep door elkaar. Laat even marineren.
Neem het vlees uit de marinade, bewaar de marinade. Verhit de olie in een wok op middelhoog vuur tot deze begint te dampen. Voeg de helft van het vlees toe (voorzichtig, kan spatten) en roerbak 1-2 minuten tot het lichtbruin kleurt. Schep het vlees met een schuimspaan in een schaal. Roerbak de rest van het vlees en schep in de schaal.
Doe de bosuitjes in de wok en roerbak 1 minuut. Schep het vlees weer in de wok en voeg de paksoi en de bewaarde marinade toe. Laat alles onder voortdurend omscheppen 2-3 minuten doorwarmen. Strooi het sesamzaad erover en serveer meteen.

Voor 4 personen

Tuinbonen

Ingrediënten

• 3 kg jonge tuinbonen
• wat zout
• 2,5 dl melk
• 20 gram boter
• 20 gram bloem of 15 gram maïzena
• 1 eetlepel fijngehakt bonenkruid

Bereiding
(Dubbel)dop de tuinbonen, was ze en kook ze gaar in ruim kokend water, waarin een scheutje melk en wat zout. Kleine tuinbonen kunnen gaar zijn in ongeveer 5 minuten, wat grotere in 10 - 15 minuten. Laat ze uitlekken in een vergiet.
Verwarm roerende boter en bloem tot een gladde massa, voeg langzaam de melk toe, laat de saus roerende even doorkoken.
(Breng bij gebruik van maïzena de melk aan de kook. Meng de maïzena aan met koud water. Giet het gladde papje roerende in de kokende vloeistof en laat het sausje op zacht vuur 3 minuten doorkoken. Voeg de boter toe.)
Stoof de bonen nog circa 5 minuten in de saus. Roer er even voor het opdoen het fijngehakte bonenkruid door.

Voor 4 personen

Janhagel

Ingrediënten

• 200 gram zelfrijzend bakmeel
• 100 gram bruine basterdsuiker
• 2 theelepels kaneel
• snufje zout
• 150 gram koude boter (of margarine), in kleine stukjes
• 1 ei

Bereiding
Verwarm de oven voor op 200 °C (heteluchtoven).
Meng in een kom bakmeel, suiker, kaneel en zout, voeg de boter toe en kneed met koele handen tot een soepele bal. Leg de bal op een met bakpapier beklede bakplaat, bestuif een deegrol met wat bloem en rol het deeg uit tot een plak van ongeveer 0,5 cm. Bestrijk het deeg met losgeklopt ei.
Baktijd 10 minuten.
Haal de koek uit de oven, laat 5 minuten afkoelen op de bakplaat en snijd dan in repen van circa 4 x 8 cm.